Bij fraude mogelijk geen erkenning detacheringsverklaring
Bij fraude mogelijk geen erkenning detacheringsverklaring
In beginsel geldt dat een orgaan van een ontvangende staat moet afgaan op de door een lidstaat verstrekte verklaring inzake de socialeverzekeringsregeling waarbij een werknemer uit die lidstaat is aangesloten. Zolang die verklaring niet is ingetrokken of ongeldig verklaard door de instantie die de verklaring heeft afgegeven moet het bevoegde orgaan van de ontvangende staat hier van uit gaan.
Het Belgische Hof van Cassatie had aan het Hof van Justitie prejudiciële vragen gesteld naar aanleiding van een fraudezaak. Het Hof van Beroep in Antwerpen had in deze zaak geoordeeld dat de bevoegde autoriteiten niet gebonden waren aan de detacheringsverklaringen van enkele Bulgaarse werknemers die in België te werk waren gesteld omdat er sprake was van fraude. Dit was gemeld bij de bevoegde instantie in Bulgarije maar een adequate reactie bleef uit.
De advocaat-generaal bij het Europese Hof had in deze zaak al geoordeeld, dat de ontvangende staat in geval van fraude niet gebonden is aan de door een andere lidstaat afgegeven detacheringsverklaring. Het Europese Hof volgt die conclusie. Wel geeft het Europese Hof aan dat uit het beginsel van loyale samenwerking volgt dat elk orgaan van een lidstaat de toepassing van zijn eigen socialezekerheidsregeling zorgvuldig moet nagaan. Wanneer het bevoegde orgaan van de lidstaat van ontvangst twijfels uit over de juistheid van de feiten die aan die verklaring ten grondslag liggen, dan moet het orgaan dat de verklaring heeft afgegeven de juistheid van die afgifte opnieuw onderzoeken en zo nodig de verklaring intrekken. Indien dit laatste orgaan niet binnen een redelijke termijn overgaat tot een dergelijke heroverweging dan moet in een procedure bij de rechter in de werkstaat kunnen worden gevorderd dat de betrokken verklaringen niet in aanmerking worden genomen. Ook moeten de rechten van de betrokken personen worden geëerbiedigd en moeten ze de gelegenheid krijgen om de gegevens waarop deze procedure is gebaseerd te weerleggen, vóórdat de nationale rechter besluit om de verklaringen buiten beschouwing te laten en uitspraak te doen over de vraag of zij volgens het toepasselijke nationale recht aansprakelijk zijn.
Jurisprudentie: HvJ EU 6-02-2018